SIXTA FINSY
EEN SFEERVOL MINIMALISTISCH INTERIEUR 

Zelf bouwen én zo duurzaam mogelijk, dat was de droom van Sixta Finsy-Besseling en haar man Jermaine. Ze kochten in 2012 een kavel in de Almeerse wijk De Eenvoud en nu is hun interieur te zien in de tentoonstelling thuis 

 

Artikel door Rinske Wels

 

VERDER LEZEN  


Duurzaam wonen mét comfort  

 

‘Ons huis ziet eruit als een normaal huis. Dat wilde ik ook graag, want ik wilde laten zien dat je heel comfortabel en ‘gewoon’ kunt wonen met veel energiezuinige oplossingen en zonder op comfort in te leveren.’ Sixta Finsy-Besseling (39) vertelt vol passie over haar unieke woning. Toen zij en haar man in 2012 de kavel in De Eenvoud kochten, hoorde daar het ontwerp van Bart Guldemond bij: een huis met een grote betonnen kern erin en hout aan de buitenkant. Wie nu gaat kijken, ziet – even oneerbiedig gezegd – een grote, zwarte kubus, die er vrij ontoegankelijk uit ziet. Wie eenmaal binnen is, ziet een zee aan ruimte en ontzettend veel licht. ‘Iedereen die voor het eerst bij ons binnenstapt, is verrast’, zegt Sixta, ‘met een vide, weinig deuren en veel ramen is het heel open.’ 

 

Modderige poten 
Het bijzondere huis telt drie verdiepingen. ‘Boven zijn de slaapkamer, het kantoor en de badkamer. In de kelder staat de technische installatie om zo duurzaam mogelijk te kunnen wonen, waaronder een warmtepomp en een warmte-opslagvat van 3000 liter. Maar er is ook een bioscoop waar we films kunnen kijken. Op de begane grond zijn de woonkamer en de keuken. Qua interieur zijn we best minimalistisch en we hebben gekozen voor ruwe materialen: houten panelen, beton, wit stucwerk. Op de vloer liggen betontegels, ook handig voor onze drie honden die zo met hun modderige poten binnen kunnen lopen. En veel licht, dat vinden we belangrijk, dus er zijn grote ramen die uitkijken op een veranda en daarachter de bosrand met bomen, struiken, vogels en andere diertjes. Voor de sfeer hebben we veel lampen die makkelijk van kleur kunnen veranderen. Het is vaak net een disco. Ik hou van veel kleuren, één vaste rode muur vind ik te saai. Ik heb zelf regenbooghaar dus het mag speels allemaal.’ 

 

Kamperen in huis 
Is het geen gek idee dat nu iedereen haar interieur kan zien in de tentoonstelling thuis? Sixta lacht: ‘Nee hoor, we vinden het juist leuk! We zijn hartstikke trots op wat we hebben neergezet. Mijn vader heeft een groot deel van het huis gebouwd, samen met ons. Daar hebben we lang over gedaan, zo’n vijf jaar. We woonden eerst een jaar in een bouwkeet op het terrein en daarna hebben we letterlijk gekampeerd in ons huis, zelfs toen er nog geen ramen in zaten. In het begin moesten we telkens over de verwarmingsslangen stappen, maar na een paar weken kwam er een dekvloer van zandcement. Omdat we niet konden kiezen wat we daar bovenop wilden, liet de uiteindelijke tegelvloer nog drie jaar op zich wachten. Maar dat gaf niet, wij bleven steeds het eindresultaat voor ogen houden. Over elk detail is nagedacht, elk stuk is door onze handen gegaan en het huis is heel langzaam tot leven gekomen. Nu is alles zoals we het willen hebben.’ 

 

De geluiden en geuren uit Sixta’s huis en die van andere Almeerders staan centraal in de tentoonstelling thuis. Nog te zien t/m 17 oktober in de kunsthal (geopend woensdag t/m zondag van 12.00 tot 17.00 uur). 

Sixta Finsy _261

Sixta Finsy

4/7
Loading ...